Platform over beton en staal in de bouw
De Pen | Wonen is meer dan huisvesten
Adri Duivesteijn, oud Eerste- en Tweede Kamerlid namens de PvdA

De Pen | Wonen is meer dan huisvesten

Ik parafraseer: ‘Gemeenten, woningcorporaties en marktpartijen zijn onvoldoende in staat gebleken om het oplopende woningtekort op te lossen en speculatie met woningen tegen te gaan’ (VVD). ‘Volkshuisvesting wordt weer een overheidstaak’ (CDA). ‘We maken een nationaal bouwplan voor een duurzame en betaalbare woningbouw’ (SP). ‘De regie over de woningbouw moet terug naar het Rijk’ (PVV) en ‘daarom komt er een Minister voor Wonen’ (PvdA).

Ook in kwantitatieve termen is er nauwelijks een echte politieke strijd. Zo wil de PvdA dat een Minister voor Wonen ‘100.000 nieuwe, betaalbare woningen per jaar gaat bouwen’. Een gelijk aantal wil de ChristenUnie. D66 en GroenLinks willen ‘vóór 2030 meer dan één miljoen huizen bouwen’. Het CDA wil ‘binnen tien jaar één miljoen nieuwe en duurzame woningen bouwen’. De VVD en SP wagen zich niet aan getallen, maar waar de SP een nationaal bouwplan wil voor ‘duurzame en betaalbare woningen voor iedereen’, volstaat de VVD met ‘een betaalbare woning moet voor iedereen bereikbaar zijn’.

Ik voorspel de tekst voor het regeerakkoord: ‘Het kabinet zal zich inspannen om binnen deze kabinetsperiode het woningbouwprogramma te verhogen naar ca. 100.000 woningen per jaar’. De volgende zin zal een verzameling zijn van bijzondere wensen van de afzonderlijke coalitiegenoten: ‘De prioriteit komt te liggen bij betaalbare koop- en huurwoningen voor middeninkomens. Een betaalbare woning moet voor iedereen bereikbaar zijn, daarom streven wij naar een minimum van 30% sociale huurwoningen, waardoor lagere inkomens, jongeren, senioren, starters en mensen met een beperking een betere toegang krijgen tot de woningmarkt’. Daarnaast zullen de ‘eisen en regels voor duurzaamheid worden aangescherpt’, alhoewel dit bij deelname van de PVV een minder uitgewerkte passage zal zijn. Ook de financiering van het wonen is niet het grootste struikelblok. Zo zal de verhuurdersheffing worden omgezet in een ‘terugbetaling’ aan die betalers, die aantoonbaar volkshuisvestelijke prestaties leveren. Materieel wordt dat daarmee een Nationaal Solidariteitsfonds voor het Wonen van een zichzelf-regulerende woningsector.

Maar wonen is meer dan maatregelen alleen. Ministers bouwen geen woningen. Zij kunnen hoogstens bepalen wie dat gaan, of beter gezegd, mogen gaan doen. En met alle goede bedoelingen ten spijt, de meeste politici hebben ten diepste verinnerlijkt dat zij het wonen voor ons Nederlanders moeten verzorgen. In die top-down benadering liggen de rollen al vanaf de Tweede Wereldoorlog vast. In ons land is de uitvoering vrijwel exclusief in handen van woningcorporaties en projectontwikkelaars. Zij vinden dit overigens net zo vanzelfsprekend als politici. Dat is jammer, want wonen is niet alleen het huisvesten van burgers waarin de huurders klanten zijn en de kopers consumenten. Ooit sprak ik hierover in de wandelgangen van de Tweede Kamer met de door mij zeer gewaardeerde oud-staatsecretaris van Volkshuisvesting Enneüs Heerma. In een paar klinkende zinnen zette hij het volgende beeld neer: ‘In onze samenleving moeten mensen al vroeg in hun leven een school uitkiezen die bepalend is voor hun hele beroepsleven. Ze maken in vrijheid een keuze voor een partner en kiezen ervoor om kinderen te krijgen en deze naar eigen inzicht op te voeden. Maar over hoe te wonen, wordt door een ander beslist’. Met andere woorden: in ons land zijn mensen niet vrij om zelf inhoud aan het wonen te geven. 

Wonen is meer dan een dak boven je hoofd. In het wonen kunnen tal van dromen samenkomen. Daarom zou het gesprek primair moeten gaan over wat mensen in hun eigen wonen zelf zouden willen. ‘Van huisvesten naar wonen’[i] houdt letterlijk in dat de gekozenen hun kiezers de kans geven om hun eigen wonen en samenleven vorm te geven. En ja, het komt voor in een enkele alinea maar nooit gematerialiseerd in prestatieverplichtingen. Daarom, geachte politici, is er nog een hoop te winnen. Geef ons allen de kans om zelf existentieel te zijn, ook in het wonen. Niet als een verplichting, maar als een reële keuze. Ik geloof niet in de stoere getallen die ons worden voorgeschoteld. Zelden worden deze beloften realiteit. Maar wanneer maar een substantieel percentage van de woningbouwproductie in handen komt van burgers, krijgen wij al een interessanter Nederland. Diversiteit, en dat tonen de voorbeelden aan, zit in de mensen zelf. En dus ook in wat zij creëren. Het zou fijn zijn als wij in de komende kabinetsperiode politici krijgen die ons wonen ook durven toe te vertrouwen aan burgers. Ik zou zeggen, probeer het eens, u zult zien; ons wonen wordt er rijker van.  

Bronvermelding: [i] Ivan Illich 

"*" geeft vereiste velden aan

Stuur ons een bericht

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Wij gebruiken cookies. Daarmee analyseren we het gebruik van de website en verbeteren we het gebruiksgemak.

Details