Platform over beton en staal in de bouw
Spectaculaire atriumkap verbindt ‘oud en nieuw’ op een respectvolle manier
Door de krachtafdracht van de atriumkap centraal te laten plaatsvinden in het hart van de oude binnenhof, blijven de monumentale gevels intact en vrij van staalvoorzieningen.

Spectaculaire atriumkap verbindt ‘oud en nieuw’ op een respectvolle manier

Binnenstadcampus UvA, Amsterdam

In de binnenstad van Amsterdam wordt een nieuwe Universiteitsbibliotheek gerealiseerd. Daartoe wordt een open hof tussen twee monumentale panden uit 1900 overkapt met een spectaculaire stalen atriumkap. Oud en nieuw worden op een respectvolle manier met elkaar verbonden, waarbij de monumentale delen intact en zichtbaar blijven vanuit het atrium. De staalconstructie verbindt niet alleen de monumentale gebouwen, maar heeft ook een aantal belangrijke duurzaamheidsfuncties.

In het midden van de atriumkapconstructie is op elegante wijze een stijgpunt opgenomen, alsmede entresolvloeren (studieplekken) en loopbruggen naar de bestaande gebouwen.

Om de onderlinge banden binnen de universitaire gemeenschap te versterken en samenwerking te stimuleren, ontwikkelt de Universiteit van Amsterdam zogenaamde open campussen. Zo wordt momenteel op het Binnengasthuisterrein een binnenstadcampus voor de Faculteit der Geesteswetenschappen gerealiseerd, met daarin een prominente rol voor de Universiteitsbibliotheek van meer dan 12.000 m². Een bijzondere openbare plek waar straks dagelijks honderden studenten en medewerkers van de Universiteit van Amsterdam én inwoners van de binnenstad studeren, werken en wonen. 

Plantenblad met nerven

MVSA is in samenwerking met Architectenbureau J. Van Stigt verantwoordelijk voor het ontwerp van de nieuwe Universiteitsbibliotheek. “De opdracht behelst de herbestemming van twee monumentale panden op het Binnengasthuisterrein tot de nieuwe Universiteitsbibliotheek, te weten de Tweede Chirurgische Kliniek en het Zusterhuis, en omvat de bouw van een fietskelder, een nieuwbouwgedeelte en een nieuwe atriumkap”, somt Harry van den Berg, senior architect bij MVSA op. “De spectaculaire atriumkap vormt één van de grootste ingrepen in het ontwerp en wordt gepositioneerd tussen beide monumentale gebouwen met een verschillende dakhoogte. Door de krachtafdracht centraal te laten plaatsvinden in het hart van de oude binnenhof, blijven de monumentale gevels intact en vrij van staalvoorzieningen. Dat is het vertrekpunt geweest voor het ontwerp. Het refereert aan een plantenblad dat zich uitstrekt tot over de bestaande dakranden. De vlakverdeling doet denken aan de bladnerven.”

Klimaatbuffer

Behalve het overdekken van de binnenhof, heeft de atriumkap volgens Van den Berg ook verschillende duurzaamheidsfuncties. “De kap is in het midden wat lager, zodat het hemelwater in het midden wordt opgevangen en via een mooie constructie wordt afgevoerd naar een bassin. Dat wordt vervolgens weer gebruikt als grijswatercircuit om toiletten door te spoelen. Door de atriumkap ontstaat bovendien een semi-binnenklimaat waarmee het verlies aan energie door de voormalige buitengevels wordt gereduceerd. Het maakt de monumentale gebouwen een stukje duurzamer. En in het midden van de atriumkapconstructie hebben we op elegante wijze een stijgpunt opgenomen, alsmede entresolvloeren (studieplekken) en loopbruggen naar de bestaande gebouwen. Daarmee stimuleren we studenten bij binnenkomst om gebruik te maken van de trap in plaats van de liften, die zoveel mogelijk uit het zicht zijn gepositioneerd.”

3D-geprinte gevel

De spectaculaire atriumkap is door MVSA volledig parametrisch ontworpen en de krachtenwerking is geheel in 3D geanalyseerd. “Mede daardoor wisten we een besparing te realiseren van 30% op het staalgebruik”, benadrukt Van den Berg. “De atriumkap is momenteel in aanbouw op locatie, nadat deze bij Buiting Staalbouw eerst in de fabriek op ware grootte is opgebouwd om er zeker van te zijn dat alles past tijdens de montage.” 

Voorafgaand hieraan is onder de Tweede Chirurgische Kliniek en de binnenhof een kelder gerealiseerd met ruimte voor 950 fietsen en een multifunctionele ruimte die straks een centrale rol speelt in de logistiek van het gebouw. Tot slot komt er ook een nieuw gedeelte op de hoek van de Nieuwe Doelenstraat en Binnengasthuisstraat, een gebouw dat wordt opgetrokken in staal en wordt voorzien van een 3D-geprinte schermgevel. Het scherm maakt het nieuwe gebruik van het gebouw visueel zichtbaar naar de omgeving en ‘illustreert’ de eerste zin van het gedicht ‘Awater’ van Martinus Nijhoff. ‘Lees maar, er staat niet wat er staat’ is vertaald in de 24 talen en 6 schriften waarin de UvA doceert. Het scherm legt daarmee op een prachtige manier de verbinding met de UvA en de literaire collectie die in de Universiteitsbibliotheek komt.   

"*" geeft vereiste velden aan

Stuur ons een bericht

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Wij gebruiken cookies. Daarmee analyseren we het gebruik van de website en verbeteren we het gebruiksgemak.

Details