Tagarchief: kwaliteit

MATEXPO 2019: Misschien een van de beste edities ooit

matexpo-1
Lees het gehele artikel

Op zondag 15 september, onder een stralende zon, stond de teller op 39.778 bezoekers voor de 38e editie van Matexpo.

Een lichte daling ten opzichte van 2017, maar over 1 ding waren de exposanten het alvast eens: de kwaliteit van de bezoekers was nog nooit zo hoog. Interessante contacten, concrete interesse in specifieke machines, directe verkoop,…. Wellicht de meest kwalitatieve editie ooit. Verschillende exposanten bevestigden dat ze effectief veel machines hebben kunnen verkopen, en dat is nog steeds de belangrijkste reden om deel te nemen.

Meer dan ooit werd er door de exposanten geïnvesteerd in hospitality: prachtig afgewerkte standen, en bijzondere tentstructuren in combinatie met de gekende charme en sympathie van de Matexpo beurs.

Daarnaast was er een uitgebreid programma van seminaries, georganiseerd door tal van beurspartners. Ook voor deze activiteiten was er dit jaar bijzonder veel interesse.
De officiële opening, op dinsdag, met keynote spreker Ivan Van de Cloot was weer een schot in de roos. De verrassingsact, een combinatie van moderne dans en acrobatie, werd fel gesmaakt door de ruim 600 aanwezigen die nadien van een netwerkreceptie en walking dinner konden genieten.

Tijdens de uitreiking van de Awards kaapten Arden Equipment met Arden Jet de Green Award weg, Van Der Spek de Innovation Award met de Liebherr kunststof hijskabel voor torenkranen én Doka met FreeFalcon de eerste Safety Award.

Verder was er nog de kinderanimatie, zowel op de beurs, maar ook in het centrum van de Stad Kortrijk, waar kinderen hun eigen speelplein konden bouwen onder toezicht van een echte werfleider.

De meeste exposanten lieten intussen al weten present te zullen zijn op Matexpo 2021, van 8 tot en met 12 september.

“Duurzaam bouwen, maar niet ten koste van de kwaliteit”

cover-2-kopieren
Lees het gehele artikel

Betoncentrales leveren een grote bijdrage aan een groenere bouwsector, ook voor grond-, weg- en waterbouw. Duurzaamheid speelt een steeds grotere rol bij de voorbereiding en uitvoering van projecten. Het Duurzaamheidsverslag Betonhuis Betonmortel dat onlangs is gepresenteerd brengt de vergroening van de sector in kaart.

“We lopen in Nederland ver voorop waar het gaat om duurzaamheid van beton. We zijn al heel lang bezig met verduurzaming van de betonindustrie en hebben een grote slag gemaakt. De CO2-uitstoot daalt al vijf jaar”, zegt Paul Ewalds, sectorsecretaris Betonmortel van Betonhuis. De cijfers ondersteunen zijn uitspraak: uit het Duurzaamheidsverslag Betonmortel blijkt dat we met de 15 miljoen kuub beton die Nederland jaarlijks produceert slechts 1,5% van de CO2-uitstoot veroorzaken. In de EU is dat gemiddeld 4 tot 6% en wereldwijd zelfs 9%. Ten opzichte van 2012 wordt bij de productie van betonmortel nu 10% minder CO2 geproduceerd.

Zuinig transport

De verduurzaming van de betonindustrie vindt voor een belangrijk deel plaats op het gebied van energiegebruik, waaronder transport en de brandstof voor truckmixers valt. Zuinig rijden, verplaatsen van wegvervoer naar vervoer over water, efficiëntere logistiek en de overgang naar niet alleen elektrisch rijden maar ook elektrische truckmixertrommels leveren een aanzienlijke CO2-besparing op, zo meldt het verslag. Ook de transportafstand naar het werk is daarbij relevant, zegt Ewalds: “Er is bij diverse regionale overheden het besef gerezen dat de betonindustrie een belangrijke plek heeft, ook in het stedelijke gebied. Betoncentrales gaan hier prima samen met wonen en vervullen een maatschappelijke functie bij onder andere de realisatie van de bouwopgave. Ook dit levert kortere transportafstanden op.”

Slim gebruik van bindmiddelen

De grootste bijdrage aan de CO2-uitstoot van betonmortel wordt veroorzaakt door het bindmiddel. Verduurzaming gaat dan om de keuze van het cement, maar ook om het gebruik van alternatieve bindmiddelen zoals vliegas en hoogovenslak. Bij de productie daarvan komt minder CO2 vrij. Daarnaast wordt het hergebruik van materialen steeds verder geoptimaliseerd. Het gebruik van secundaire grondstoffen, waaronder betongranulaat, ballastgrind, vliegas en hoogovenslak is afgelopen jaar licht gestegen ten opzichte van 2016 van 4,2 naar 4,5%.

“Dit zijn mooie resultaten”, zegt Ewalds. “Maar dat wil niet zeggen dat het niet beter kan. Daarvoor heeft Betonhuis twee instrumenten. De eerste is het CSC-keurmerk. Dat is zes jaar geleden gegroeid uit een Nederlands initiatief om de betonketen, van grondstof tot beton, duurzamer te maken. Het CSC-keurmerk is nu internationaal. Nederlandse bedrijven zijn houder van ongeveer de helft van de certificaten, maar andere landen zoals Turkije en Duitsland zijn op de goede weg.”

Het tweede instrument is de Benchmark Betonmortel, een online vergelijkingstool voor een duurzame bedrijfsvoering en productie. Betonbedrijven die lid zijn van Betonhuis kunnen de gegevens van hun productieproces zoals bindmiddelen, toeslagstoffen en energieverbruik, online invoeren en vergelijken met het gemiddelde in Nederland. “Wij denken dat deze vrijwillige methode om aan de slag te gaan met duurzaamheid onze leden beter helpt dan het opleggen van maatregelen. En dat dit werkt blijkt wel uit de resultaten van deze rapportage.”

Kennis in huis

Ewalds benadrukt dat alleen focussen op duurzaamheid in de betonindustrie een risico inhoudt. “Duurzaamheid gaat voor ons niet boven kwaliteit. Het gebruik van andere soorten bindmiddel kan invloed hebben op de levensduur en de bestendigheid tegen externe factoren zoals zout water. Een voorbeeld: als je kiest voor een betonproduct met een zeer lage CO2-uitstoot, bijvoorbeeld door een alternatief bindmiddel te gebruiken en ook nog eens een hoog gehalte aan betongranulaat wil toepassen, dan kan de levensduur van het product korter zijn. Je kunt niet alles tegelijk hebben.”

Ewalds benadrukt dat het maken en verwerken van goede betonmortel met de gewenste eigenschappen heel veel kennis en expertise vereist. “Het is echt een vak. De leden van Betonhuis Betonmortel hebben die kennis in huis. Bij complexe projecten, waarbij duurzaamheid en circulariteit een rol speelt, is het verstandig in de bestekfase onze leden te betrekken bij het bouwproject.”